Rookmelders redden levens

Woningbranden eisen elk jaar tientallen mensenlevens. Meer nog dan het vuur, maakt vooral de rook tal van slachtoffers. Die rook is verstikkend en verspreidt zich razendsnel. Vooral als er ‘s nachts brand uitbreekt, is het risico om niet tijdig wakker te worden groot. Rookmelders vormen dan ook een eenvoudige en doeltreffende bescherming tegen de gevaren van brand. Daarom verplicht de Vlaamse overheid de aanwezigheid van rookmelders in alle woningen.


In de woning

In alle soorten woningen (eengezinswoningen, appartementen, studio’s, (studenten)kamers) is de installatie van een rookmelder verplicht op elke bouwlaag van de woning.

Bij (studenten)kamers moet er in de kamer zelf minstens één rookmelder zijn.

Bij verhuring is de verhuurder wettelijk verplicht de nodige rookmelders aan te kopen en te plaatsen. Als de verhuurder kiest voor een toestel met vervangbare batterijen, moet de huurder die batterijen tijdig vervangen.

 

In de gemeenschappelijke delen

In gemeenschappelijke delen van een gebouw is een rookmelder verplicht in elke ruimte voor gedeeld gebruik waarin zich een technische installatie bevindt. Een technische installatie is een installatie met elektrische voeding of die warmte produceert en die vast verbonden is met het gebouw.

 

Kelder en zolder

In de kelder of op zolder van een woning of een appartementsgebouw is een rookmelder verplicht wanneer

  • zich daar een technische installatie bevindt

Voorbeelden van technische installaties in deze context zijn: zekeringkasten, omvormers fotovoltaïsche systemen, thuisbatterijen, laadpunten, warmtepompen, liftmachines, airco’s, ventilatie-units, verwarmingsketels, boilers, enz.

  • de kelder of zolder een directe toegang heeft en normaal en onmiddellijk te betreden is.

Als er zich in een gemeenschappelijke kelderruimte individuele kelders bevinden dan volstaat één rookmelder.

 

Aan te raden plaatsen voor installatie

Het is aan te raden om rookmelders te plaatsen in elke ruimte waar u doorheen moet op weg van de slaapkamer naar buiten (de kortste vluchtweg).

  • In de hal of de traphal op elk bewoond niveau van de woning
  • Op de overloop die toegang verleent tot de slaapkamers (zo dicht mogelijk bij de slaapkamers) en de inkomhal die de hoofdingang verbindt met de rest van de wooneenheid
  • In de slaapkamers en de leefkamer.


Af te raden plaatsen voor installatie

  • In ruimten van de woning waar rook, stoom of stof aanwezig is (bv. verwarmingslokaal, badkamer, …).
    Als er in deze ruimten brandrisico bestaat, gebeurt de installatie best net buiten de ruimte.
  • In de keuken kan een rookmelder, maar dan weg van de dampen.
  • In de garage gebeurt de installatie het best dicht bij de binnendeur.
  • Nabij een open raam, een ventilatieopening, een mechanische ventilator of daar waar het veel warmer is dan in de rest van het lokaal, zoals boven een radiator of een ander verwarmingstoestel.
  • Voor de deur van de keuken of badkamer.


Hoe installeren

  • Installeer het toestel volgens de voorschriften van de fabrikant.
  • Zorg dat de rookmelder steeds bereikbaar is voor onderhoud en testen.
  • Bevestig een rookmelder steeds tegen het plafond (want rook stijgt). (Bepaalde types kunnen ook tegen de wand geplaatst worden. Dit moet duidelijk vermeld staan op de verpakking of in de bijgesloten handleiding.)
  • Installeer de rookmelder idealiter in het midden van het plafond.
  • Installeer de rookmelder op minstens 30 cm van de muur.
  • Als de fabrikant het toelaat, kan de rookmelder ook voorzien worden op de wand. Hang de rookmelder in dergelijke situatie dan zo hoog mogelijk, maar minstens 15 cm verwijderd van het plafond en 30 cm van de hoek.
  • Maak de onderkant van de rookmelder vast (kleven of vastschroeven).
  • Bevestig de rookmelder aan het onderstel.
  • Plaats eerst de batterij en bevestig de rookmelder aan het onderstel (ingeval van een type met vervangbare batterij).
  • Zorg dat de rookmelder na installatie is ingeschakeld.
  • Druk na de installatie op de testknop.
  • Controleer na plaatsing of het alarmsignaal in alle vertrekken van de woning te horen is, ook met gesloten deuren.


Na de installatie

  • Test de rookmelder minstens een keer per maand.
  • Verwijder af en toe het stof van de rookmelder met een stofdoek of stofzuiger (niet met water!).
  • Haal enkel de batterij uit je rookmelder om deze te vervangen. Een 9V batterij heeft een levensduur van ongeveer een jaar, AA batterijen gaan doorgaans 2 à 3 jaar mee. Een niet vervangbare batterij gaat zo’n 10 jaar mee.
  • Een rookmelder heeft een maximale levensduur van 10 jaar. Vervang de rookmelder na de geldigheidsduur.
  • Overschilder de rookmelder nooit en plak de gaatjes niet toe!
  • Volg verder de voorschriften van de fabrikant.

 

Bron: Vlaamse overheid